Wet op de jeugdzorg
Artikel 29k
1
Een machtiging kan slechts worden ten uitvoer gelegd in een door Onze Ministers daartoe aangewezen accommodatie van een zorgaanbieder. De aanwijzing geschiedt niet dan na overleg met de provincie waarin de accommodatie is gelegen.
2
De rechter kan, indien het een jeugdige betreft van 12 jaar of ouder, op verzoek van de betrokken stichting of de raad voor de kinderbescherming, in zijn beschikking inzake de machtiging bepalen dat deze in afwijking van het eerste lid, ten uitvoer wordt gelegd in een inrichting als bedoeld in artikel 1, onder b van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen. De eerste volzin wordt slechts toegepast met betrekking tot een jeugdige die op het tijdstip waarop een machtiging wordt verleend op basis van een veroordeling is opgenomen in een inrichting. Toepassing geschiedt slechts met instemming van de jeugdige of indien deze de leeftijd van zestien jaar nog niet heeft bereikt, met instemming van de jeugdige en degene die het gezag over hem heeft. De tenuitvoerlegging in een inrichting geschiedt slechts voor de termijn die nodig is om een behandeling of opleiding af te ronden. Op de tenuitvoerlegging is de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen van toepassing. Een besluit als bedoeld in artikel 29b, vierde lid, geeft alsdan, in afwijking van artikel 3, aanspraak op verblijf als bedoeld in artikel 11a van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.